Glas is al sinds duizenden jaren het belangrijkste materiaal voor kralen. Het is een betaalbaar materiaal dat zonder problemen de meest uiteenlopende vormen en kleuren kan aannemen en bovendien vrij duurzaam en hard is.
Glas werd uitgevonden in het Midden Oosten rond 2.500 v.C. Lange tijd werd de productiemethode geheim gehouden. Glas werd in de eerste plaats gebruikt voor kralen die over de hele wereld verhandeld werden. De oudste en meest universele manier om glaskralen te maken, bestaat erin om heet glas rond een metalen staaf te draaien. Typisch voor gedraaide kralen is dat ze sporen vertonen van de draaibeweging van hun creatieproces en dat ze vrij grote openingen hebben. Getrokken glaskralen worden gemaakt van glazen buizen die worden uiteengetrokken en vervolgens in stukken worden gesneden. Kralen worden ook gegoten in mallen. Eens uit de mal vertonen ze een duidelijke naad die manueel of machinaal wordt weggewerkt. Deze techniek werd vooral gebruikt in Bohemen.
Kralen op de foto: whitehearts gebruikt in de ruilhandel met Indianen uit Noord-Amerika tussen 1800 en 1900.